Je browser is verouderd.

Sommige inhoud kan verloren gaan of zal niet correct weergegeven worden.

Gelieve een meer recente versie van je browser te installeren.

Upgrade je browser

Generatie Z-(inloos) werk? Een op vijf vindt job zinloos

Brussel 10 oktober 2023 – Een op de vijf werkende Gen Z-ers in België weet niet waarom ze hun werk uitoefenen en vinden hun job zinloos. Dat blijkt uit een onafhankelijke studie die werd uitgevoerd door IVOX in opdracht van HR-partner Bright Plus, samen met motivatie-expert Hermina van Coillie.

1 min. leestijd

Daartegenover voelt de jongste generatie bedienden zich meer verbonden op de werkvloer: ze vertrouwen hun collega’s meer, amuseren zich vaker op het werk en zijn positiever over de manier waarop hun baas hen motiveert. “De grote kloof tussen Gen-Z en de babyboomers is een signaal voor werkgevers om hun beleid hierop af te stemmen,” zegt Linda Cappelle bij Bright Plus.

  • Een op de vijf Gen Z’ers (20,5%) weet niet waarom ze hun job doen. Een stuk hoger dan Gen Y (16,3%) en Gen X (9,5%). Bij babyboomers gaat het om slechts 2,6%.
     
  • Gen Z ervaart meer externe dwang, waarbij 40.5% werkt om kritiek van anderen te vermijden. Bijna dubbel zo veel als bij Gen X (22,4%) en de babyboomers (21,8%). Ook de interne dwang is bij de jongste werkgeneratie het grootst. 41,2% voelt zich schuldig wanneer ze vrij nemen.
     
  • Gen Z (86,2%) heeft vaker vertrouwen in collega’s dan Gen Y (79,9%), Gen X (72,9%) en babyboomers (76%). Daarnaast amuseren ze zich ook vaker op het werk: 81,9% ten opzichte van 67,7% bij Gen X en 72% bij babyboomers.

Met het steeds groter wordende aandeel Gen Z’ers op de werkvloer, is het meer dan ooit belangrijk voor werkgevers om te begrijpen hoe zij hun professionele leven zien. En dat blijkt toch te verschillen met oudere generaties. Dat toont een recent onderzoek van iVOX in opdracht van Bright Plus, samen met Hermina van Coillie bij meer dan 1200 Belgische bedienden.

Opvallend is dat een op de vijf Gen Z’ers (20,5%) niet weet waarom ze hun job doen, en het werk dat ze doen als zinloos ervaren. Dat is een stuk hoger dan Gen Y (16,3%) en Gen X (9,5%). Bij de babyboomers gaat het om slechts 2,6%. Hier speelt wel het healthy worker effect: veel van de babyboomgeneratie hebben de werkvloer verlaten. Zij die overblijven zijn vaak de meest gemotiveerden.

Met schuldgevoel op verlof

De cijfers tonen ook aan dat Gen Z meer druk ervaart van buitenaf. Vier op de tien (40,5%) werkt om kritiek van anderen te vermijden. Dat is bijna dubbel zo veel als bij Gen X (22,4%) en de babyboomers (21,8%). De druk die de jongste werkgeneratie zichzelf oplegt, is ook het hoogst. Vier op de tien (41,2%) voelt zich schuldig wanneer ze vrij nemen. Dat is significant hoger dan Gen X en de babyboomers met beiden 22%.

Dr. Hermina Van Coillie: “Wanneer je met het ABC model (Autonomie, Verbondenheid, Competentie) naar deze statistieken kijkt – zie je duidelijk het resultaat van de componenten Autonomie en Competentie die minder vervuld zijn bij Gen Z. Dat is logisch aangezien ze nieuw zijn op de arbeidsmarkt en nog weinig zelfstandig kunnen werken, noch de expertise en ervaring bezitten van hun oudere collega’s. Ze zijn daarom niet per se meer of minder gemotiveerd dan andere generaties, maar die motivatie is wetenschappelijk bekeken van een lagere kwaliteit.”

De grote kloof tussen Gen-Z en de babyboomers is een signaal voor werkgevers om hun beleid hierop af te stemmen,” zegt Linda Cappelle van Bright Plus. “Organisaties moeten zorgen voor voldoende inspraak, zelfstandigheid en werknemers groei- en ontwikkelingskansen bieden zodat ze snel de nodige vaardigheden onder de knie hebben. Ook is verbinding erg belangrijk en dit begint al tijdens het rekruteringsproces door te zoeken naar een juiste match met het team. Verder zijn face-to-face contacten en informele teammomenten cruciaal. Want wanneer een van de elementen van het ABC model niet worden ingevuld, ontstaan er frustraties - bij eender welke generatie.”

Wanneer je met het ABC model (Autonomie, Verbondenheid, Competentie) naar deze statistieken kijkt – zie je duidelijk het resultaat van de componenten Autonomie en Competentie die minder vervuld zijn bij Gen Z. 

Meer vertrouwen en plezier op de werkvloer

Gen Z mag dan enkele uitdagingen hebben: er zijn ook heel wat positieve zaken te melden. Zo gaat 86,2% akkoord met de stelling dat ze hun collega’s vertrouwen. Gevoelig hoger dan Gen Y (79,9%), Gen X (72,9%) en babyboomers (76%). Daarnaast amuseren ze zich ook vaker op het werk: 81,9% ten opzichte van 67,7% bij Gen X en 72% bij babyboomers. Gen Z is ook positiever over de manier waarop hun baas hen motiveert: bijna zeven op de tien (67%) – een stuk hoger dan bij de babyboomers waar maar de helft (49%) dat vindt.

Die sterke sociale verbondenheid is cruciaal in tijden van een war for talent omdat het een belangrijke buffer vormt voor een eventueel vertrek. Dit is cruciaal gezien Gen Z de groep is die het vaakst plannen heeft om hun organisatie te verlaten op korte (20,5%) of lange termijn (39,8%). Bij Gen Y is dat respectievelijk 16% en 27,9%, bij Gen X 10,6% en 15,3%. Babyboomers scoren met 22,5% en 12,8% ook hoog maar dit is logisch, omdat ze op het punt staan om de arbeidsmarkt te verlaten.

Linda Cappelle: “We zien dat Gen Z realistisch is over hun carrièrepad. De tijd waarin je slechts een werkgever had tot aan je pensioen ligt ver achter ons. Gen Z denkt duidelijk in termen van een loopbaan, waarbij ze zichzelf kunnen blijven heruitvinden. Ook omdat ze beseffen dat hun loopbaan langer zal zijn dan nu vaak courant is. Zo blijkt uit ons onderzoek dat 92,1% onder hen denkt tot minstens 65 jaar te moeten werken. Bij de babyboomers bedraagt dat slechts 52,4%.”

We zien dat Gen Z realistisch is over hun carrièrepad. De tijd waarin je slechts een werkgever had tot aan je pensioen ligt ver achter ons.

Gen Z op zoek naar groeimogelijkheden en afwisseling (met een goed salaris)

Gen Z lijkt vooral op zoek te zijn naar groeimogelijkheden in hun job. Het gebrek hieraan is voor bijna de helft van de Gen Z’ers (46,6%) met vertrekplannen een van de doorslaggevende factoren. Een stuk meer dan bij Gen Y (37,7%) en Gen X (27,1%). Geen enkel van de ondervraagde babyboomers gaf dit aan (0%). Ook afwisseling is duidelijk belangrijker voor Gen Z met 32,6%. Hoger dan Gen Y (15%), Gen X (19,6%) en de babyboomers (5%)

Hermina Van Coillie: “Jonge werknemers kiezen duidelijk voor een job met veel groeimogelijkheden en evoluties. Ze gaan dus uitdrukkelijk op zoek naar strategieën om zich competenter te voelen. Al gaat dat wel gepaard met het feit dat ze af en toe wakker liggen van hun capaciteiten of het maken van fouten. Daartegenover staat de generatie babyboomers die vaker aangeeft dat snelle veranderingen net een reden tot zorgen zijn– met bijvoorbeeld de impact van de digitale evoluties.”

Natuurlijk is ook het salaris belangrijk. Voor Gen Z (41,7%) en Gen Y (35,1%) is het salarispakket vaker een bepalende factor om te vertrekken dan bij Gen X (27,3%) en bij de babyboomers (7%). Maar dat is ook te verklaren door het feit dat het gemiddeld loon lager ligt bij de start van de carrière en daarom nog een grotere zorg is.

Generatiemix op de werkvloer

In de komende jaren zal de babyboomergeneratie met een lange staat van dienst geleidelijk plaatsmaken voor de opkomende Gen Z-generatie. Natuurlijk zal dat voor bepaalde uitdagingen zorgen in organisaties, maar het biedt ook heel veel mogelijkheden.

Linda Cappelle concludeert: “Vanuit onze ervaring kunnen we met stelligheid zeggen dat een gebalanceerde en doordachte integratie van Gen Z in de werkcultuur niet alleen de organisaties zal verrijken, maar ook een veelzijdigere en productievere werkomgeving creëren voor alle generaties.”

Vanuit onze ervaring kunnen we met stelligheid zeggen dat een gebalanceerde en doordachte integratie van Gen Z in de werkcultuur niet alleen de organisaties zal verrijken, maar ook een veelzijdigere en productievere werkomgeving creëren voor alle generaties.

Over het onderzoek

Online onderzoek uitgevoerd door onderzoeksbureau iVOX in opdracht van Bright Plus tussen 16 t.e.m. 30 juni 2023 bij 1204 Belgische bedienden die minstens halftijds op kantoor werken representatief op taal, geslacht, leeftijd en diploma. De maximale foutenmarge bij 1204 Belgen bedraagt 2,74%.

Het onderzoek beschouwt de generaties als volgt:
Babyboomers: geboren in of voor 1964
Generation X: geboren tussen 1965-1980
Generation Y: geboren tussen 1981-1995
Generation Z: geboren in of na 1996.